Op zoek naar een skigebied in de Franse Alpen dat niet te ver rijden is, maar wel sneeuwzekerheid en fantastische pistes biedt? Dan zit je helemaal op je plaats in Le Grand Massif. Vanuit Brussel sta na in nauwelijks acht uur rijden met wagen op de latten. Dat je erbovenop een van Frankrijks beste skigebieden bijkrijgt, is mooi meegenomen.
Bijna 270 pistekilometers telt Le Grand Massif, maar die zijn wel netjes verdeeld over vijf verschillende dorpjes die elk een heel ander gezicht van de Alpen tonen. Van het pittoreske Sixt, over de gezellige bergdorpjes Les Carroz, Samoëns en Morillon tot het hypermoderne Flaine, dat op 1.600 meter hoogte ligt en eind jaren zestig speciaal voor de wintersport in het leven werd geroepen. “Vroeger was dit allemaal woest berglandschap”, vertelt Alexandra Savary van het ‘Office du Tourisme’, terwijl ze ons door het centrum van Flaine gidst. De populaire bestemming ligt in een natuurlijke bergkom die wel voor de wintersport lijkt gemaakt. Toen founding father Éric Boissonnas in de jaren vijftig op dit stukje ongerepte natuur stootte, zag hij meteen het potentieel van de vriendelijk glooiende bergen vol poedersneeuw. Met de hulp van de vermaarde Amerikaans-Hongaarse architect Marcel Breuer werd vanuit het niets een hypermodern skistation rechtgetrokken. Breuer kreeg vrij spel, maar hield er een ietwat aparte smaak op na waardoor Flaine nu vol betonnen appartementsblokken staat. Architecturaal erg vernuftig en bovendien zo ontworpen dat de gebouwen in de zomer volledig in het woeste rotslandschap lijken te verdwijnen, maar ons ding is het niet helemaal. Een houten chalet oogt nu eenmaal net wat gezelliger dan grijs, gegoten beton.
Die grijze tristesse is gelukkig snel vergeten wanneer we de ski’s aanbinden om de pistes van Le Grand Massif te ontdekken. Met bakken verse sneeuw, een stralend zonnetje en kundig advies van gids Jean-Marc is het van meet af aan genieten op de metersbrede pistes. Het gebied blinkt uit in diversiteit, waardoor zowel beginners, gevorderden als doorwinterde freeriders hier aan hun trekken komen. Wel even opletten als je off-piste gaat want door het poreuze kalkgesteente bevinden zich her en der smalle, maar metersdiepe spleten. “Vooral vroeg in het seizoen, wanneer de gaten nog niet zijn dicht gesneeuwd, erg verraderlijk”, waarschuwt Jean-Marc. “Maar wie op de piste blijft, heeft uiteraard niets te vrezen.”
Doordat de pistes van Flaine in een natuurlijke bergkom liggen, kan je er de hele dag het zonnetje volgen. Ideaal voor wie het thuisfront jaloers wil maken met een zonnebankbruine teint. Het gebied heeft de laatste jaren ook fors geïnvesteerd. Vanuit hartje Flaine vertrekken vier moderne liften naar de verschillende bergtoppen, waardoor het zelfs tijdens de piekuren zelden lang aanschuiven is. Helemaal bijzonder is het aanzicht van de besneeuwde Mont Blanc wanneer je bovenaan aankomt. Winter wonderland op zijn best. Minpuntje is wel dat de Fransen zijn vergeten de zetelliften te overkappen, waardoor het vroeg in het seizoen soms bibberen is op weg naar de top. Over de sneeuw hoef je je hier overigens weinig zorgen te maken. “Dit is een van de meest sneeuwzekere regio’s van de Franse Alpen, met dank aan de Mont Blanc die de wolken netjes onze kant uitduwt”, aldus Jean-Marc.
Met liefst 12.000 toeristenbedden en zowel chique hotels als meer bescheden appartementjes is het aanbod in Flaine groot en gevarieerd. Skiën staat wel centraal. Gek veel mogelijkheden om te wandelen, zijn er bijvoorbeeld niet. Ideaal voor pistevreters, maar wie meer belang hecht aan gezelligheid kiest best voor buurdorpje Les Carroz. Dat maakt net zo goed onderdeel uit van Le Grand Massif, maar mikt in de eerste plaats op families. “Dit is een op en top authentiek bergdorp”, verzekert Mélanie Imberti van het plaatselijke ‘Office du Tourisme’.
Met zijn centrale ligging in Le Grand Massif is Les Carroz bovendien de ideale uitvalsbasis om de rest van het skidomein te verkennen. Het kost je drie zetelliften om tot in Flaine te raken, maar je staat net zo snel in de dorpjes Morillon of Samoëns. En vergeet vooral Les Carroz zelf niet, want met zijn vele pistes tussen de bomen is de sfeer er erg gemoedelijk. Grote troef is bovendien het gevarieerde aanbod voor niet-skiërs. Het charmante centrum is met zijn leuke winkeltjes en gezellige bars perfect om een namiddagje weer op adem te komen. Daarnaast vertrekken er vanuit Les Carroz enkele prachtige wandelingen, ver weg van het skigeweld. Avonturiers kunnen in het centrum een ‘fatbike’ huren: een elektrische mountainbike waarmee je de laatste gondel naar boven neemt en vervolgens de verlaten pistes mee af slipt. Onder begeleiding van een gids welteverstaan. Niet te missen met kinderen is de gloednieuwe rodelbaan. 100% veilig en met snelheden tot 40 km/uur stiekem best spannend. Uniek voor de Alpen is trouwens dat ze in Les Carroz een Virtualreality sausje over hun rodelbaan hebben gegoten, waardoor het met virtuele bril op je snuit lijkt alsof je een rivier afvaart. Aanrader!
Piste om nooit te vergeten: Les Cascades, 14km door niemandsland
Als er één afdaling is die je voor geen geld van de wereld mag missen in Le Grand Massif is het wel ‘Les Cascades’. Een parel van een blauwe piste die op 2.500 begint en vervolgens aan de achterkant van het skigebied helemaal tot in het dorpje Sixt slingert, bijna 2.000 meter lager. De veertien kilometer lange afdaling loopt door ongerepte natuur en niemandsland, ver weg van de liftjes. Wel even opletten hoe laat je aan de afdaling begint, want vanuit Sixt raak je enkel met de bus terug in de rest van het skigebied.